Sturen zonder vast te pakken
De kunst van richting geven zonder het over te nemen

Veranderen is zelden een rechte lijn. Zeker niet in de ouderenzorg, waar systemen stroef bewegen en mensen al overvraagd zijn. Veranderaars zoeken er dagelijks naar manieren om richting te geven zonder te verstarren — koers te houden zonder de energie uit het proces te trekken. Veranderaars benoemden steeds dezelfde vraag: Hoe geef ik sturing zónder dat ik het stuur overneem?
“Ik wil koers houden, maar ook niet doorduwen.”
“Veranderen is als elastiek; het veert heen en weer”
De dunne lijn tussen vasthouden en loslaten
Veranderaars vertellen hoe ze balanceren tussen twee uitersten: aan de ene kant de behoefte aan richting, aan de andere kant de noodzaak om ruimte te laten voor dialoog, tempo, weerstand en groei.
“Als ik loslaat, gebeurt er niks. Maar als ik te veel ga trekken, haakt iedereen af.”
“Ik probeer ruimte te geven, maar dan loopt het soms gewoon leeg.”
Die spanning tussen sturen en volgen, tussen tempo maken en vertragen, vormt de kern van hun vakmanschap. Sommigen ontdekken gaandeweg dat het niet gaat om méér of minder sturen, maar om het juiste moment.
Kaders als houvast, geen keurslijf
Wat helpt, is werken met kaders die richting geven, maar niet alles dichtregelen. Veel veranderaars gebruiken denkmodellen, zoals de X-curve, of werken met verhalen, metaforen en toetsstenen die richting geven zónder af te dwingen.
“We hebben een verhaal waar we steeds op terugkomen. Niet als meetlat, maar als kompas.”
“De metafoor van het kampvuur helpt: waar zit jij? Bij het strootje, het blokje of het smeulende hout?”
Zachte kaders blijken effectiever dan top-down plannen in abstracte taal. Ze nodigen uit tot gesprek, maken ruimte voor interpretatie, en geven richting zonder de spontaniteit te verliezen.
Meebewegen is geen zwakte
Een krachtige les: ruimte geven is geen verlies van controle. Het vraagt lef om het ongemak te verdragen, het ritme van de ander te volgen, en niet alles meteen te willen fixen.
“Ik dacht: ik moet grip houden. Maar soms moet je juist even stilstaan, zodat de ander in beweging kan komen.”
“Soms is vertragen geen stoppen, maar ademhalen.”
Goede veranderaars bewegen mee, wisselen soepel tussen rollen: aanjager, luisteraar, spiegel, kompas. Ze weten wanneer ze duwen en wanneer ze wachten.
Kleine stappen, grote betekenis
Sommige veranderaars noemen het de kunst van het kleine vieren. Niet alles hoeft af of afgerond. Juist in een sector waar processen traag zijn, is het essentieel om betekenis te geven aan elke stap vooruit.
“De eerste keer dat iemand zei: ‘Ik heb het even laten liggen, dat is nieuw voor me;’ dát was goud.”
“Ik hang soms gewoon een foto op van iets wat gelukt is. Dat doet meer dan een rapport.”
Richting geven betekent ook laten zien dat mensen al onderweg zijn. Dat voortgang niet altijd groot is, maar wél waardevol.
“En zo waait de verandering verder, van storm naar stilte, van idee naar praktijk.”
Sturen zonder overnemen vraagt zelfkennis
Tot slot: sturen zonder vast te pakken gaat ook over innerlijke houding. Durven vertrouwen. Het niet altijd willen oplossen. Leren verdragen dat iets nog niet beweegt of op een andere manier dan je had gedacht.
“Ik leer elke dag om niet in de actiestand te schieten.”
“Soms is het meest strategische wat je kunt doen: koffiedrinken en niets plannen.”
Wie richting geeft zonder over te nemen, leert staan in het ‘niet-weten’, zonder te verdwijnen. Juist daar ontstaat vertrouwen.
Reflectie
Richting geven in verandering is geen routekaart uitdelen, maar een reis begeleiden. Het vraagt om kaders die ruimte laten, taal die verbindt, en timing die klopt. Wie het tempo van het systeem kan lezen én zichzelf niet verliest, is goud waard voor elke organisatie in beweging. Leven met de veranderlijkheid van de veranderopgave is de ware kunst van sturen zonder vast te pakken.