Transitie als containerbegrip
Waar hebben we het eigenlijk over?
Er gonst iets in de ouderenzorg. Iedereen voelt het, iedereen praat erover: de transitie. Maar wat bedoelen we daar eigenlijk mee? En waarom raakt het iedereen, van zorgmedewerker tot bestuurder, van mantelzorger tot beleidsmaker?
De transitie gaat ons allemaal aan
In de ouderenzorg kan niemand langs de zijlijn blijven staan. De transitie vraagt iets van iedereen, van de medewerkers op de werkvloer en hun leidinggevenden tot behandelaren, cliënten en hun naasten. Ook ondersteunende diensten, beleidsmakers en informele zorgers doen mee.
Maar wat is die transitie eigenlijk? En wie zijn de mensen die zich dag in, dag uit met dit veranderproces bezighouden, de veranderaars? Waar houden zij zich precies mee bezig?
Veranderen: van meubels schuiven tot verhuizen
Veranderingen zijn er in soorten en maten. Je kunt ze zien als aanpassingen in huis.
Eerste orde veranderingen zijn als het verschuiven van meubels: even wennen, maar alles blijft in wezen hetzelfde.
Tweede orde veranderingen zijn groter: muren doorbreken, een nieuwe indeling maken, misschien de bank vervangen door een bar en verschillende hoeken creëren voor lezen, tv-kijken of samen eten.
Derde orde veranderingen gaan nog verder: je verhuist naar de andere kant van het land, verruilt het huis voor een paar yurts en leeft nomadisch, en je weet eigenlijk niet waar je aan begint.
Elke stap is ingrijpender dan de vorige. Het blijft jouw leven en jouw gezin, maar de omgeving, de structuren en de manier van doen veranderen fundamenteel.
Van verandering naar transitie
We spreken van een transitie wanneer niet één organisatie of team verandert, maar een heel systeem. Zoals in de zorg en specifiek de ouderenzorg. Daar verandert alles tegelijk.
“Een transitie is een diepgaande en langdurige verandering van een systeem,
waarbij structuren, denkpatronen en gedragingen verschuiven.
Het is geen kleine aanpassing, maar een omslag naar een nieuwe manier van werken, denken en organiseren.”
Wat maakt een transitie uniek?
- Systemisch: meerdere onderdelen veranderen tegelijk:, technologie, cultuur, gedrag, beleid, instituties.
- Langdurig: het proces strekt zich uit over jaren, soms decennia.
- Niet-lineair: het verloop is grillig, periodes van rust, crisis en versnelling wisselen elkaar af.
- Fundamenteel: het raakt aan overtuigingen en waarden, niet alleen aan werkwijzen.
Zelfs organisaties die niet willen veranderen, ontkomen er niet aan. De wereld om hen heen beweegt en verandert; ze moeten mee.
Van waaruit kijk je naar de transitie; zorg of welzijn?
Je kunt vanuit verschillende perspectieven kijken naar de transitie in de zorg.
Het eerste perspectief komt voort uit urgentie: de toenemende druk op de zorg en het personeelstekort.
Er komt een grote golf op ons af, maar soms lijkt het alsof we “als een kikker in water blijven zitten dat langzaam heet wordt.”

Het tweede perspectief kijkt breder, naar het maatschappelijke gesprek dat gevoerd moet worden over de zorg van de toekomst, vooral met de ouderen van morgen.
Zij moeten nu al nadenken over hoe ze willen leven in de laatste fase van hun leven.
De verandering gaat dus niet alleen over hoe we zorg organiseren, maar ook over hoe we samen willen leven.
Van proces naar persoon
Deze twee perspectieven sluiten aan bij de verandertrajecten die veranderaars vormgeven in zorgorganisaties. Meer gericht op het effectiever inrichten van zorgprocessen: minder volgens vaste schema’s, meer maatwerk en slimme samenwerking met naasten.
Of bijvoorbeeld juist vanuit de vraag van de cliënt: “Wat is voor u een fijne dag?” En daaromheen organiseren wat nodig is.
Zorg en welzijn als één gesprek
Het is belangrijk dat ook welzijnsorganisaties een plek krijgen in het veranderende zorglandschap. Zij kunnen immers helpen het antwoord te vinden op precies die vraag: wat maakt het leven betekenisvol, vandaag én morgen?