Tien tips om in de puree te komen
Wat je vooral níet moet doen als veranderaar. Tien valkuilen waar je zó in stapt
Veranderen is een vak. En zoals in elk vak worden er fouten gemaakt. In de reflecties van veranderaars in de ouderenzorg vind je inzichten over wat werkt, maar ook veel leerervaringen over wat juist níet werkt. Soms pijnlijk, soms leerzaam, vaak allebei. Hieronder tien valkuilen die in de praktijk veel voorkomen, met voorbeelden die je aan het denken zetten. Of je nou net begonnen bent of al jaren meedraait.
1. Top-down denken dat iedereen wel zal volgen
“Ze moeten gewoon mee. Wie niet wil, heeft pech gehad.” Veranderen werkt niet als mensen alleen maar iets opgelegd krijgen. Zeker in een sector waar eigenheid en toewijding hoog in het vaandel staan, roept dat weerstand op. Mensen willen gehoord worden, niet gestuurd. Kom uit je ivoren toren, wees duidelijk over de kaders en geef daarbinnen ruimte.
2. Alles uitleggen via mail, memo of intranet
“De thuiszorg leest dat helemaal niet.” Communicatie zonder contact werkt zelden. Wie verandering wil, moet in gesprek. Fysiek, in de context, met taal die past.
3. Weten verwarren met gedragsverandering
“We hebben het verteld, gepresenteerd, uitgelegd… maar ze doen nog steeds hetzelfde.” Weten is niet hetzelfde als doen. Veranderen vraagt oefening, herhaling, begeleiding en vooral tijd.
4. Zeggen dat mensen ‘eigenaarschap’ moeten nemen zonder ruimte te geven
“Dan moeten ze gewoon verantwoordelijkheid pakken.” Als medewerkers gevraagd wordt eigenaarschap te nemen, maar geen tijd, steun of vrijheid ervaren, voelt dat als: los het zelf maar op. Dan keert eigenaarschap zich tegen je. Zeggen dat mensen eigenaarschap moeten nemen, lijkt dan op ‘doe nu eens spontaan’.
5. De verandering brengen alsof het een project is
“We hebben een plan, een tijdlijn en eindresultaten.” Een transitie is geen implementatie. Het is grillig, weerbarstig en emotioneel. Wie denkt in vinkjes, loopt vast. Ondertussen is het wel belangrijk mijlpalen te benoemen en te vieren.
6. Te snel willen gaan
“We gaan gewoon beginnen, anders blijven we praten.” Actie is goed, maar soms is het probleem niet de snelheid, maar de diepte. Te snel gaan betekent: draagvlak of goede keuzes maken overslaan. En dan moet je later terug. Maar met eindeloos praten, denken en plannen maken, gebeurt er niets in de praktijk. En léér je ook niet.
7. Weerstand negeren of wegduwen
“Dat is gewoon gedoe van mensen die niet willen.” Achter weerstand zit vaak iets waardevols: zorgen om dat wat verloren gaat, rouw, loyaliteit, onveiligheid. Wie daar geen ruimte voor maakt, mist een kans op verbinding.
8. Te veel hooi op je vork nemen
“Ik ging het zelf maar oppakken, anders gebeurde er niets.” Veranderaars raken uitgeput als ze alles zelf gaan doen. Dan wordt de beweging afhankelijk van jou – en dat is juist niet de bedoeling.
9. Zelf niet veranderen
“We vragen flexibiliteit, maar de planning ligt al vast.” Niets ondermijnt verandering zo snel als een veranderaar die zelf star blijft. Durf zelf mee te bewegen. Geef het goede voorbeeld.
10. Vergeten dat veranderen over mensen gaat
“We zijn al een jaar bezig en niemand op de vloer weet waarom.” Verandering wordt gedragen door relaties, ritme, emotie en betekenis. Geen enkele structuur compenseert het ontbreken van écht contact.
Reflectie
Deze valkuilen zijn geen lijstje om af te vinken, maar een uitnodiging tot zelfonderzoek. Ze laten zien dat veranderen begint bij jezelf. Niet om perfect te zijn of te worden, maar om bewust te blijven. Want zoals een van de deelnemers zei:
“Veranderen is geen blauwdruk. Het is samen leren terwijl je loopt.”